Verbivar bvba
Varkens mét klasse
Graanspoeling
Mout, tarwe, maïs en vooral rogge vormen de hoofdingrediënten voor de product van graanalcohol. De fijn gemalen granen worden samen met gerstmout gemacereerd en onder invloed van het mout omgezet in maltosesuiker. Door toevoegingen van gist wordt maltosesuiker omgevormd tot alcohol en koolzuurgas. Na het gistingsproces wordt het product gescheiden in een graanfractie en alcohol. De alcohol wordt gedestilleerd en vormt de basis voor graanjenever. De restfractie wordt als veevoeder afgezet. Beuker vermarkt deze stroom als Graanspoeling richting de varkenshouderij.
Kaaswei
In de zuivelindustrie ontstaan verschillende nevenstromen die gebruikt kunnen worden als veevoedermiddel, één daarvan is Kaaswei. Bij het maken van kaas worden, door toevoeging van stremsel, vaste stoffen in de melk (eiwitten, vet en mineralen) gescheiden van het vocht (kaaswei). Stremsel bevat een eiwitsplitsend enzym, chymosine, dat zorgt voor samenklonteren (coaguleren) van bepaalde melkeiwitten en maakt scheiding van wrongel en wei mogelijk. De wei bevat nog veel stoffen uit de melk, waaronder vitamines, wei-eiwit, melksuiker en mineralen. Het heeft een droge stof gehalte van 4% en is nippelwaardig. Het product wordt rechtstreeks vanaf de fabriek geleverd.
Aardappelstoommoes
Tijdens de verwerking van aardappelen tot frites, puree, zetmeel en andere aardappelproducten, ontstaan waardevolle nevenstromen. Eén daarvan zijn aardappelstoommoes. De aardappelen worden bij binnenkomst gewassen en vervolgens met stoom behandeld. Door het stomen laat de schil los. De schil en een deel van de zetmeellaag direct onder de schil, worden vervolgens door middel van borstels verwijderd. De stoombehandeling zorgt er voor dat het zetmeel wordt ontsloten. Aan het einde van het proces worden de schillen zeer fijn vermalen (vermoest) en gehomogeniseerd tot vloeibare aardappelstoommoes.
CCM
CCM staat voor: Corn Cob Mix en is heel energierijk. Maïs met goed ontwikkelde kolven is daarvoor het meest geschikt, Bij het oogsten moet de korrel bijna tot geheel rijp zijn, het droge stofgehalte van de kolf is dan 55 - 60 %.
Voor CCM worden de kolven geplukt met een maaidorser voorzien van een kolvenplukker. Daarbij wordt de hele kolf met schutbladeren en nog wat delen van de top van de plant, fijn gehakseld en opgevangen in een silo op de maaidorser. Vervolgens worden de maïskorrels door een maalderij ter plaatse fijn gemalen. CCM is goed in te te kuilen. Deze korte keten van eigen geproduceerde maïs verwerken tot voedergrondstof komt ons milieu zeker ten goede. (geen droogproces en veel minder transporten)